donderdag 30 april 2009

Hoofdschakelaars in e-society

Het gebeurt pal voor uw en mijn neus. Elke dag opnieuw. Onmiskenbaar manifesteert informatiemaatschappij zich met haar zo bonte palet aan gevarieerde en ook sterk variërende situaties. In zulke dynamiek verouderen vaste gedragspaden (ketens) snel en raken achterop. De ketens ‘van weleer’ ontpoppen zich vandaag de dag meer en meer als… gelegenheidsketens.

Wie contacten tussen burgers, bedrijven en overheden (toch) vanuit ketenperspectief wil vatten en ook daadwerkelijk als ketens aanlegt, ziet verwarring toenemen. Want dergelijke ketens staan al snel te ver af van zo veranderlijke werkelijkheid. Steeds meer mensen lopen daarin vast en haken af.

In onze netwerksamenleving, want zo heet informatiemaatschappij ook wel, is het voor elke individuele schakel van groot belang steeds soepel te kunnen schakelen met andere schakels tot een voor de gelegenheid relevante keten. De structuur die daarvoor het meest geschikt is, is niet langer een keten, maar… een netwerk.

Onderlinge (netwerk)contacten, informatieverkeer dus, tussen miljoenen schakels; de hele samenleving – dus zowel individuele burgers als ook burgers in allerlei samenlevings- en samenwerkingsverbanden – vragen om ontketening! Ontketening tot ‘losse’ schakels in dynamisch netwerkverband. Ontketening met het oog op ruime (schakel)mogelijkheden voor uiterst gevarieerd informatieverkeer.

Het individu, de burger komt in onze moderne netwerksamenleving onmiskenbaar en prominent naar voren als nieuwe schakelmaat. De burger als wezenlijke schakel in legio gelegenheidsketens. De burger als ‘hoofdschakelaar’ in al zijn maatschappelijke verbanden. Zowel privaat als zakelijk als ook publiek. Welkom dus in uw eigen netwerksamenleving!

Wie onderlinge contacten vanuit netwerkperspectief gaat begrijpen, ziet – door de tijd heen en afhankelijk van de specifieke situatie – ordelijk informatieverkeer over wisselende schakelingen realistisch voor zich. Dat lijkt mogelijk wat ingewikkeld, maar op die manier behoort verwarring tot het verleden. Want alle ketens worden dan opgevat als gelegenheidsketens en leiden in netwerkverband elk hun eigen afzonderlijke, temporele en situationele bestaan.

Dat is – in een notendop – een schets van onze hedendaagse informatiemaatschappij en netwerksamenleving waarin en waarvoor we modern informatieverkeer hebben in te richten. Netwerksamenleving die voor informatieverkeer haar vertrekpunt neemt bij haar hoofdschakelaars; bij (netwerk)burgers zoals u en ik. Dan raakt informatieverkeer op duurzame schakelmaat geschoeid.

Daar is een heus deltaplan voor nodig! Want informatieverkeer waaraan individuele schakels in volst vertrouwen deelnemen om al hun contacten, hun informatieverkeer dus, trefzeker af te wikkelen… ontstaan niet maar vanzelf.
Informatieverkeer op maatschappelijke (netwerk)schaal – dus tussen burgers, bedrijven en overheidsinstellingen – is… door en door infrastructureel van karakter. Stelselmatige overheidsbemoeienis tot informatie-infrastructuur voor informatieverkeer in netwerksamenleving is daarvoor eenvoudigweg een conditio sine qua non!
Alleen op die manier ontstaat een robuuste informatie-infrastructuur van coherente informatie(verkeers)knooppunten met alles erop en eraan – zowel materieel als immaterieel.

Het gebruik van zo’n informatie-infrastructuur blijft – vanzelfsprekend! – niet beperkt tot overheidsinstellingen. Natuurlijk niet! Iedereen, burgers, bedrijfsleven en overheden, maken voor onderling informatieverkeer maar wat graag en op velerlei manieren gebruik van vertrouwenwekkende en enkelvoudige informatie-infrastructuur.

Dergelijke informatie-infrastructuur heeft perspectief! Netwerkperspectief wel te verstaan. En gaat net zo’n hoge vlucht nemen – wellicht zelfs hoger! – als onze infrastructuur voor fysiek verkeer. Een e-society mèt en vóór en dóór zowel individuele burgers als ook burgers in grotere verbanden zoals bedrijven en overheden!

Prachtig! Waar beginnen we?! Laten we voor de inrichting van informatieverkeer beginnen bij het begin; bij de individuele hoofdschakelaar: bij de burger en bij het eigendomsrecht van zijn persoonlijke informatie.
Het ligt eenvoudigweg voor de hand te stellen dat persoonsinformatie (d.w.z. informatie over een persoon, burger – u en ik dus) persoonlijk eigendom is. En dat eigendomsrecht vestigt oorspronkelijk en volledig beschikkingsrecht van die persoon over zijn persoonsinformatie. Iedere schakel is eigenaar van de eigen (schakel)informatie.

Dat krachtige en funderende basisprincipe verdient echter wel nuancering. Want een schakel die meent met, bijvoorbeeld, zijn geboortedatum te kunnen marchanderen, draagt niet bepaald bij aan onderling vertrouwen in maatschappelijk informatieverkeer en plaatst (schakelt) zichzelf (uiteindelijk) buiten de netwerksamenleving.
Ten behoeve van onderling vertrouwen; van borging van legitieme belangen van miljoenen schakels is wettelijke beperking van zelfbeschikkingsrecht een must.

Als schakel in netwerksamenleving bent u dus zèlf principieel eigenaar van uw persoonsinformatie. Over veel van uw persoonsinformatie beschikt u echter niet zelf; voor het beheer van dergelijke persoonsinformatie wordt, voor miljoenen schakels, een aparte registermacht in het leven geroepen – dus lòs van de ons zo welbekende wetgevende, rechtsprekende en uitvoerende machten (zie Pentas politica voor een uitgebreider beeld). En die registermacht legt periodiek verantwoording af aan elke individuele schakel over alle met zijn persoonsinformatie uitgevoerde handelingen (transacties).
Daar moet natuurlijk meer over gezegd en voor geregeld worden – veel meer, maar daarvoor verwijs ik graag naar een uitstekende aanzet als het iDNA Manifest (dotindividual – Center for Information Equity).

Met behulp van adequate (verkeers)regels voor informatieverkeer in netwerksamenleving – regels waarmee het verkeer tussen individuele schakels als burgers, bedrijven, overheden en registermacht ordelijk wordt geregeld – kan elke schakel zich in volst vertrouwen ‘inschakelen’ in allerhande informatiebetrekkingen – zowel privaat als zakelijk als ook maatschappelijk.

Wat moet er nog meer gebeuren? In onze democratie moet de al even ten tonele gevoerde registermacht op stelselmatige wijze handen en voeten worden gegeven. Dat is van invloed op tal van informatiebetrekkingen waarbij burgers, bedrijven en overheden nauw zijn betrokken. Dat vraagt om nieuwe (informatie)wetgeving. Voor alweer een prima aanzet verwijs ik graag opnieuw naar dotindividual: naar de nieuwe “Wet bescherming persoonsgegevens”; kortweg Wbp 2009.

Zijn we er dan? Nee. Binnen het bestek van deze column is geen plaats voor het schetsen van een volledig beeld. Wel is een belangrijk deel van het totaalplaatje alvast herkenbaar ingekleurd. Dat geeft u hopelijk voldoende beeld en houvast (vertrouwen) om ruimer inzicht te overwegen en te laten rijpen.


De individuele burger – u en ik dus – vormt in netwerksamenleving zowel hoofdschakelaar als duurzame schakelmaat. En van daaruit laat onze hedendaagse informatiemaatschappij zich kwalitatief moderniseren tot uw en mijn e-society.


Copyright (c) 2009 Emovere/Jan van Til - All rights reserved.

donderdag 16 april 2009

Information Sourcing

Information Sourcing is een baanbrekende vorm van multisourcing. Met Information Sourcing vertrouwt u robuuste levering van actuele en trefzekere informatie toe aan meerdere bonafide partners.
Tegelijk vormt Information Sourcing een wezenlijke stap op weg naar Modern Informatieverkeer.

Onze huidige, alsmaar groeiende informatieverzamelingen – apart en intensief gehouden door tal van autonoom opererende instanties, bevatten inmiddels legio dubbelingen (en andere, ermee verwante problemen) die elk een eigen en los(geslagen) leven zijn gaan leiden. Het mankeert deze instanties eenvoudigweg aan mogelijkheden en aan middelen om al die informatie op orde te houden. Dat loopt dus spaak – uiteindelijk.

Information Sourcing maakt helder onderscheid tussen twee wezenlijk verschillende soorten informatie. Er is informatie die specifiek is voor elke afzonderlijke instantie. Dergelijke informatie heeft slechts binnen zo’n instantie haar betekenis en vindt daar dan ook haar natuurlijke onderdak.
Alle andere informatie draagt een (meer) algemeen karakter. Vanwege het grote belang dat tal van instanties ook aan dergelijke informatie hecht, is het zaak daarvoor robuuste en betrouwbare ‘kosthuizen’ te vinden. En precies daar verschijnt Information Sourcing op het toneel.

Elk kosthuis treedt op als houder en beheerder van één of meer elementaire informatieverzamelingen. Dergelijke informatieverzamelingen komen tot stand via “Informatie-virtualisatie”.
Nieuwe informatie wordt bij informatiehouders aangeleverd door erkende partijen die het met recht en reden aanbieden. Bestaande informatie wordt door informatiehouders geleverd aan erkende partijen die er met recht en reden naar vragen. Dergelijk informatieverkeer loopt idealiter volgens de richtlijnen van het recent vernieuwde iDNA Manifest.

Op die manier raakt informatie zeer constructief gesourced over verschillende instanties. Elke instantie treedt op als informatiehouder van haar eigen specifieke informatie. Sommige instanties genieten voldoende vertrouwen en treden daarnaast ook op als houder van elementaire informatieverzamelingen. Dergelijke instanties dienen een (meer) algemeen belang.

En dat geeft verstrekkende mogelijkheden. Met Information Sourcing laat u uw arsenaal aan (meer) algemene informatie – inclusief dubbelingen, inconsistenties enzovoort krimpen en verdwijnen. En dat geldt niet alleen voor u, maar voor elke deelnemende instantie. Dergelijke informatie lost op in de nieuw gevormde en enkelvoudig gehouden elementaire informatieverzamelingen. Hergebruik van informatie wordt reëel mogelijk. Kosten voor beheer en onderhoud van dergelijke informatieverzamelingen dalen drastisch. Met Information Sourcing verzekert u zich bovendien van kwalitatief hoogwaardige informatie: altijd actueel, to the point, snel en veilig uit betrouwbare bron.

Daarmee zijn de mogelijkheden echter nog niet uitgeput. Ook de voorzieningen die verband houden met de ontsluiting van elementaire informatieverzamelingen worden nu immers enkelvoudig ingericht. Daardoor nemen ook de kosten voor bouw, beheer en onderhoud van dergelijke voorzieningen sterk af.

Ja, klopt – elementaire informatieverzamelingen inclusief voorzieningen voor ontsluiting ervan dragen een sterk infrastructureel karakter. Elementaire informatie is immers in vele en ook voortdurend wisselende samenstellingen van belang voor een waaier aan instanties. Elke instantie die daarvan de kracht ziet en de zo verkregen informatie combineert met de eigen specifieke informatie, verzekert zich van werkelijk robuuste informatievoorziening: actueel, to the point, snel en veilig uit betrouwbare bron.

Ziet u het? Ziet u de verstrekkende mogelijkheden? Zet dan de stap – sorteer u middels Information Sourcing voor en ga op weg naar Modern Informatieverkeer.


Copyright (c) 2009 Emovere/Jan van Til - All rights reserved.

donderdag 2 april 2009

Menselijke interoperabiliteit

Het zal u niet ontgaan zijn dat IT inmiddels tot in de haarvaten van onze samenleving is doorgedrongen. In onze hedendaagse informatiemaatschappij leunt menselijke communicatie zwaar op digitale technologie. Talloze machines mediëren onze menselijke communicatie. En vele daarvan communiceren ook nog eens onderling – zonder enige menselijke tussenkomst. Ja, IT is een, zoals dat heet, dominante technologie.

Samen met de rijzende ster van digitale technologie verschoof de begripsinhoud van ons woord “interoperabiliteit” geruisloos van onmiddellijke menselijke communicatie naar communicatie via digitale hulpmiddelen. Zo raakte interoperabiliteit vergaand synoniem met digitale interoperabiliteit.
De oorspronkelijke inhoud van het begrip interoperabiliteit – menselijke communicatie, menselijke interoperabiliteit dus – raakte in verval. Geheel onterecht trouwens, want onderscheid tussen menselijke interoperabiliteit en digitale interoperabiliteit is kwalitatief van aard. Daar kunnen we dus niet zomaar aan voorbijgaan.

Afzonderlijke mensen onderhouden hun wederzijdse betrekkingen door onderlinge afstemming van hun gedrag, ook wel activiteiten, acties of operaties genoemd. Dat heet ook wel interactie of interoperabiliteit. Het gedrag van de één vormt een signaal, een teken en zet de ander – via menselijke betekenisgeving – aan tot nieuw gedrag. Dat gedrag vormt op zijn beurt ook weer een signaal, een teken…. Enzovoort.

Menselijke betekenisgeving (aan tekens) is bij uitstek situationeel en vloeit altijd voort uit de precieze situatie waarin die tekens zich aan hem voordoen. En met de toenemende dynamiek in onze moderne informatiemaatschappij variëren situaties enorm en wisselen ze elkaar ook steeds sneller af. Dat betekent dat menselijke betekenisgeving in moderne netwerksamenleving/informatiemaatschappij navenante beweeglijkheid vertoont.

Hedendaagse toepassingen van digitale technologie zijn echter niet of nauwelijks in staat de alsmaar groeiende variëteit en de daarmee nauw samenhangende beweeglijkheid van betekenis bij te houden. De belangrijkste reden daarvoor is dat de ontwerpers van die toepassingen zich in het geheel niet bewust zijn van de aard van het ‘mechanisme’ achter menselijke betekenisgeving: door en door situationeel!
Bijgevolg kùnnen hun digitale bouwwerken daar ook geen rekening mee houden. De situatie blijft sterk onderbelicht en krijgt geen expliciete plaats in de informatiestructuur. De basis voor menselijke betekenisgeving – de situatie – komt in toepassingen van digitale technologie domweg niet voor…. Nog (steeds) niet….

De gevolgen? Die zijn rampzalig, want in onze moderne en dynamische informatiemaatschappij raken menselijke bedoelingen (betekenis) meer en meer verminkt en vermalen als zij via digitale technologie moeten worden overgedragen aan andere mensen. De oorspronkelijke souplesse en kracht van menselijke interoperabiliteit dreigt geen voet (meer) aan de grond te krijgen als gevolg van nodeloos beperkt inzicht in menselijke betekenisvorming in combinatie met de welhaast brute dominantie van digitale technologie.

Hoe krijgt menselijke interoperabiliteit haar voet (weer) tussen de deur van de digitale suprematie? Hoe zorgen we er (weer) voor dat menselijke bedoelingen (betekenis) via digitale technologie correct worden overgedragen aan anderen?

De oplossing ligt (nu) voor de hand: dat lukt door naast de bedoelde informatie steeds voldoende (contextuele) informatie aangaande de bijbehorende situatie mee te geven. Integraal vanuit één en dezelfde informatiestructuur. En dat vergt – dat zal niemand werkelijk verbazen – een herschikking van onze informatieverzamelingen. Onze informatieverzamelingen moeten zo contextgevoelig worden georganiseerd dat de situationele variëteit steeds voldoende precies kan worden meegegeven.

Ondertussen gaan ontwerpers van digitale technologie nog steeds uit van een sterk verouderd paradigma: zij menen dat betekenis onafhankelijk is van de situatie en op voorhand en in absolute zin is vast te stellen. Een even achterhaalde als ook hardnekkige misvatting.

Hecht u aan menselijke interoperabiliteit? Dan is het de hoogste tijd dat u als ontwerper van IT hulpmiddelen door en door vertrouwd raakt met de manier waarop menselijke betekenisvorming tot stand komt. Alleen dan bent u in staat informatie contextueel te organiseren. Alleen dan, d.w.z. vanuit zo’n informatiestructuur, kunnen digitale toepassingen informatie met bijbehorende contextuele informatie op coherente wijze produceren tot bedoelde betekenis.


Copyright (c) 2009 Emovere/Jan van Til - All rights reserved.